KODAK All-in-One printer uit de ESP 9200-serie — Uitgebreide gebruikershandleiding


Inhoudsopgave > Uw printer aansluiten op een netwerk > Een netwerkverbinding toevoegen aan een computer met USB-aansluiting

2 Uw printer aansluiten op een netwerk

Een netwerkverbinding toevoegen aan een computer met USB-aansluiting

U kunt op elk gewenst moment de manier wijzigen waarop u verbinding maakt met de printer.

Wijzigen van USB naar een draadloze verbinding

Het type verbinding van de printer wijzigen van USB naar een draadloos netwerk (Wi-Fi):

Als uw printer is aangesloten op een WINDOWS-computer:

  1. Koppel de USB-kabel los van uw printer en de computer.

  2. Druk op het bedieningspaneel van de printer op Home.

  3. Druk op om Netwerkinstellingen te selecteren en druk vervolgens op OK.

  4. Druk op om Netwerkconfiguratie weergevente selecteren, druk op OKen bevestig dat u een 'non-zero' IP-adres hebt.

  5. Sluit uw printer aan op uw draadloze netwerk als u dat nog niet had gedaan. Zie Verbinding maken met een draadloos netwerk.

  6. Schakel alle firewalls die u hebt geïnstalleerd uit totdat de installatie is voltooid. Ga voor meer informatie over firewalls naar www.kodak.com/go/inkjetnetworking.

  7. Selecteer Start > Alle programma's > Kodak > Hulpprogramma Kodak-netwerkprinterinstallatie.

    • Als uw draadloze All-in-One printer (bijvoorbeeld: KodakESP9200+0069) niet in de lijst staat:

      1. Selecteer Nee, mijn printer staat niet in de lijsten klik vervolgens op Volgende.

      2. Selecteer uw printer in de lijst.

      3. Selecteer Netwerk - Draadloos/Wi-Fien klik vervolgens op Volgende. Als uw printer is gevonden, begint de installatie van het stuurprogramma.

    • Als uw draadloze All-in-One printer (bijvoorbeeld: KodakESP9200+0069) wel in de lijst staat:

      1. Markeer de All-in-One printer die is aangesloten op uw netwerk.

      2. Selecteer Ja, mijn printer staat in de lijsten klik vervolgens op Volgende. Als uw printer is gevonden, begint de installatie van het stuurprogramma.

  8. Als de installatie van het stuurprogramma is voltooid, klikt u op Gereed.

De printer met een draadloze verbinding wordt vermeld als de naam van de printer plus een getal (bijvoorbeeld KodakESP9200+0069).


Als uw printer is aangesloten op een MAC-computer:

  1. Koppel de USB-kabel los van uw printer en de computer.

  2. Druk op het bedieningspaneel van de printer op Home.

  3. Druk op om Netwerkinstellingen te selecteren en druk vervolgens op OK.

  4. Druk op om Geef netwerkconfiguratie weerte selecteren, druk op OKen bevestig dat u een IP-adres hebt.

  5. Selecteer Apple > Systeemvoorkeuren.

  6. Selecteer onder Hardware Afdrukken en faxen.

  7. Klik in het dialoogvenster Afdrukken en faxen op +.

  8. Selecteer uw printer in de lijst en klik op Voeg toe.

De printer met een draadloze verbinding wordt vermeld als de naam van de printer plus een getal (bijvoorbeeld KodakESP9200+0069).

Wijzigen van USB naar een ethernetverbinding

Om verbinding te kunnen maken dient u:

  • Over een bruikbaar ethernetnetwerk met een router, switch of hub met ethernetpoort te beschikken.

  • Over een ethernetkabel van categorie 5 (of hoger) te beschikken.

  • Uw firewall tijdelijk uit te schakelen totdat de printer is geïnstalleerd en communiceert. Ga voor meer informatie naar www.kodak.com/go/inkjetnetworking.

Van een USB-verbinding naar een ethernetnetwerkverbinding wijzigen:

  1. Koppel de USB-kabel los van uw printer en de computer.

  2. Sluit het ene uiteinde van de ethernetkabel aan op de ethernetpoort aan de achterkant van de printer.



  3. Sluit het andere uiteinde van de ethernetkabel aan op een beschikbare ethernetpoort op uw router, switch, of hub.

Als uw printer is aangesloten op een WINDOWS-computer:

  1. Selecteer Start > Alle programma's > Kodak > Hulpprogramma Kodak-netwerkprinterinstallatie.

  2. Selecteer Nee, mijn printer staat niet in de lijsten klik vervolgens op Volgende.

  3. Selecteer ESP 9200-serie in de vervolgkeuzelijst op de printer.

  4. Selecteer Netwerk - ethernetkabelen klik vervolgens op Volgende.

    Het installatieprogramma van de printer zoekt vervolgens uw printer en maakt automatisch verbinding.

  5. Klik op Gereed.


Als uw printer is aangesloten op een MAC-computer:

  1. Selecteer Apple > Systeemvoorkeuren.

  2. Selecteer onder Hardware Afdrukken en faxen.

  3. Klik in het dialoogvenster Afdrukken en faxen op +.

  4. Selecteer uw printer in de lijst en klik vervolgens op Voeg toe.



Vorige Volgende